Het lijkt erop dat Javascript uitgeschakeld is.
Deze feature is noodzakelijk voor de website ervaring.

Hulp nodig?
Michel de Vries
Artikel ouder dan een jaar
Blog
Maximale vetverbranding!
Tijdens het hardlopen verbruiken wij een combinatie van koolhydraten (glycogeen) of vetten (triglyceriden).
Hoe sneller je loopt (hogere intensiteit) hoe meer koolhydraten je verbruikt.
Wanneer je lichaam in rust is en je over voldoende zuurstof beschikt dan zal je lichaam met name vetten verbruiken.
De verhoudingen tussen het verbruik van vetten en koolhydraten hangt dus af van de intensiteit waarmee je gaat hardlopen.
Ons lichaam kan vetten verbranden die liggen opgeslagen in het onderhuidse vet, vet in onze spieren, cholesterol of vet wat we hebben binnengekregen via onze voeding. De opgeslagen vetten (triglyceriden) kunnen worden afgebroken naar vrije vetzuren.
Bij een intensiteit op level 5 of 6 (-50 slagen van je max hf of lager) is je lichaam in staat om een maximale vetverbranding te bereiken.
Dit kan zelfs oplopen tot 1.27 gram vet per minuut!!
Dit is afhankelijk van jouw getraindheid, hoe beter jij getraind bent hoe beter jouw lichaam in staat is om vet te verbruiken tijdens inspanning.

Energiefabriekjes

Onze spieren bevatten kleine energiefabriekjes (mitochondria). Deze energiefabriekjes zijn in staat om vrije vetzuren om te zetten in bruikbare energie voor onze spieren. Hoe beter jij getraind bent hoe meer van deze energiefabriekjes jij hebt en hoe beter ze werken.
Beter getrainde hardlopers hebben dus veel meer en veel beter werkende energiefabriekjes dan ongetrainde hardlopers.
Tevens zal bij een getrainde hardloper de doorbloeding van het vetweefsel veel beter zijn. Oftewel het lichaam van een getrainde atleet kan veel makkelijker de vrije vetzuren in het lichaam naar de spiercellen transporteren om daar weer door de energiefabriekjes te worden omgezet in bruikbare energie.
Denk als metafoor maar eens aan het verkeer in Nederland. Je kunt nu sneller van A naar B dan 100 jaar geleden. Dit komt doordat er nu veel meer en betere wegen zijn aangelegd.
Dit heeft dus tijd nodig. Een weg is ook niet in 1 dag klaar toch? Maar door consistentie en continuïteit te behouden in je trainingen maak je deze wegen elke keer weer wat verder af. En kan je uiteindelijk beschikken over een perfect werkend systeem!
Consistentie en continuiteit in je trainingen zijn dus de sleutel tot succes. En trainen betekend niet altijd dat je hard moet trainen.
De verhoudingen liggen ongeveer zo:
  • 40% in level 5
  • 30% in level 4
  • 15% in level 3
  • 10% in level 2
  • 5% in level 1
Plan je trainingen in, volg een schema, stel doelen wordt een betere hardloper!
Ga terug